Gerbrand Kip

Het jaar 1820, de troepen van Simon Bolivar, de Bevrijder van Latijns-Amerika, staan voor de poorten van Lima. Uit voorzorg worden alle kostbaarheden van de stad, waaronder een manshoog gouden beeld van de Maagd Maria, in bewaring gegeven bij de illustere kapitein Thompson van het schip de Mary Dear. Thompson maakt zich met de schat uit de voeten, jaagt op open zee de schatbewaarders over de kling en wendt de steven naar het in nevelen gehulde Kokoseiland.

Maar Thompson keert nooit terug om zijn buit op te eisen. Op zijn sterfbed biecht hij zijn beruchte leven op aan een zekere John Keating van St. John in Newfoundland. De plotselinge rijkdom van Keating geeft ruchtbaarheid aan de verhalen rondom verborgen schatten op Kokoseiland, vele avonturiers rusten schepen uit om de oversteek naar het gouden gerucht te maken en voeden de Kokoskoorts. 

Talloze expedities graven het eiland af, zonder daadwerkelijk resultaat te boeken. 

Wichelroedelopers proberen hun uitvindingen uit, Britse fascisten geloven dat ze door een verloren Inkabeschaving in de gaten worden gehouden, een Belgische avonturier wordt verraden door een flesje bier, een Duitse zeeman wordt uitgeroepen tot gouverneur, een Amerikaanse president weet zijn ware beweegredenen achter een onschuldig vistripje te verbergen, zwaarbewapende suffragettes wedijveren met elkaar en vrijmetselaars voegen extra mysterie toe aan een oude geschiedenis, de kroniek van een schateiland.

​

Reviews:

"De auteur deed jarenlang onderzoek naar deze expedities en schetst met ‘Dwaalkoers Kokoseiland’ een uniek beeld van deze fortuinzoekers. ‘Dwaalkoers Kokoseiland’ is in een nuchtere, vlotte stijl geschreven. Het boek zal, ook vanwege de omvang, vooral lezers aanspreken die geïnteresseerd zijn in bijzondere expeditiegeschiedenissen. Met zwart-witillustraties, foto's, kaarten en portretten."

[NBD Biblion]

​